‘Jij bent mijn moeder niet!’

We zitten samen aan tafel. Zij staart wat voor zich uit. Opeens komt er uit het niets: ‘Jij bent mijn moeder niet!’ Ik kijk haar aan, voel de liefde en reageer uit liefde: ‘Ik ben jouw moeder maar je hebt ook een China moeder. Twee moeders en ik zorg voor jou.’ Wat een verschil met een aantal jaren geleden. Toen zou ik anders hebben gereageerd. ‘Wie is je moeder? Ik ben toch jouw moeder!’ Ik had de China moeder zéker niet op de eerste plek naast mij gezet. Ik ben verbaasd hoe ik zelf gegroeid ben en haar kan begeleiden in de zoektocht naar zichzelf.

Schuldige moeder
Recht in mijn hart komt het toch weer binnen wanneer ik gisteren hoor dat er gestopt moet worden met adopteren. Het schuld- en schaamtegevoel komt bij mij naar boven. Het raakt mij persoonlijk. Wíj hebben haar naar Nederland gehaald. Aan de ene kant voel ik mij ‘de reddende moeder’ aan de andere kant voel ik mij als ‘de schuldige moeder’ die onze dochter uit haar cultuur heeft weg gerukt. Dit is mijn pijn!

Oerverwonding
Ik besef en voel steeds meer als (adoptie)moeder hoe ingrijpend de scheiding van de biologische moeder voor een kind is. Het is een oerverwonding, een diepe wond die is ontstaan door de vroege scheiding, verlating en verlies van de biologische moeder. De wond doet pijn, dat heeft invloed op verschillende levensfase en ook op ons. Als adoptiemoeders voelen we ons schuldig over bijvoorbeeld (gedrags)problemen van onze kinderen. De angst voor verlating wordt soms op ons afgereageerd. De oerverwonding bij onze kinderen is er en zal er zijn, ook als het opgroeit in het land waar het geboren is. Daar verandert hun diepe pijn niet door!

Goed genoeg
Wat onze kinderen het meest nodig hebben is erkenning en bewustwording van de pijn van het verlies. Wij kunnen die pijn niet wegnemen, daar moeten ze zelf mee leren omgaan. Wat wij nodig hebben is dat we gehoord en gesteund worden. Ik heb geleerd om steeds beter vanuit een open hart te geven waarbij ik haar en noch mezelf tekort doe. Ik ben in staat om haar emoties en pijn van mijn eigen emoties en pijn te onderscheiden. Ik erken en neem alle gevoelens van haar en
mezelf serieus. Ik neem verantwoordelijkheid voor mijn eigen handelen, luister, begrens en leer mijn dochter dat te doen. Hierdoor kan ik een ‘goed genoeg’ moeder zijn. We moeten zelf onze eigen weg naar heling bewandelen – maar niet alleen. Mijn heling – haar heling!

Leonieke Scheepsma – Develing | November 2016